De tijd dat je met paarden de ploeg trok en marskramers uit den verre moest inhuren om met de zeis het gras gemaaid te krijgen ligt al enige tijd achter ons. Als in 1948 allerlei Marshal hulpgoederen en in de jaren 50 de stroom zijn intrede doet verandert er veel waardoor veel van het boerenwerk minder zwaar wordt. Tialda Hoogeveen heeft daar een leuk boekje over geschreven, over die verandering in het boerenleven.
In de tijd dat ik als kind op de boerderij kwam was het nog vrij simpel. Een trekker zonder cabine met op het spatbord een beugel zodat je er niet zo gemakkelijk af viel. Er was weinig verkeer op de weg rond de boerderij, dus veel kon er niet gebeuren. Als de boer zijn trekker startte ritste ik zo snel ik kon mijn tent los en spurtte in trainingsbroek zó vanuit mijn slaapzak naar de plek waar het geluid vandaan kwam. “Nou, vooruit maar, klim er maar op”.

De boer, die veel later mijn schoonvader werd, was vast blij als de drie weken vakantie van ons er weer op zaten, maar ik vond het prachtig. Geen idee wat we met die trekker deden, maar gewoon meerijden vond ik een feest.
Later mocht ik mee hooi halen uit Eefde. Omdat ik natuurlijk niet sterk genoeg was om al die baaltjes op de wagen te gooien, mocht ik de trekker besturen. Reuzetrots was ik.
De trekkers werden overal steeds groter, maar mijn boer is niet zo van groot en al te nieuw. Toen ik hier kwam wonen leerde ik maaien en schudden en met de opraapwagen rijden. Ik vond dat nog steeds heel stoer trouwens. Toen de kinderen kwamen schoot dat er een beetje bij in. Ik nam ze wel eens mee in de trekker, maar dat vonden ze te veel herrie en saai.
Later kwamen er bij ons ook grotere trekkers omdat de machinerie zwaarder werd. Per trekker veranderde dan ook de bediening. Bovendien werd een groot deel van het werk op het land overgenomen door de loonwerker.
Dat groot niet altijd handig is bleek vorig jaar wel weer toen de loonwerker knettervast kwam te zitten op het maisland. ’t Leverde leuke plaatjes op, maar erg handig was het niet.

Ik zit intussen dus niet meer zo vaak op de trekker en heb de laatste ontwikkelingen met hydrauliek en welke handel welke functie bedient, niet zo goed opgeslagen.
Dat bleek een beetje onhandig toen manlief laats met een niersteenaanval plotseling naar het ziekenhuis moest. Slechte timing ook, al het kuilvoer moest nog worden uitgehaald. De koeien stonden nog in de wei en van melken zou ook wel niks komen met die pijn. Gelukkig , de jongste dochter nog thuis wonend en in bezit van rijbewijs, was heldhaftig genoeg om “papa” naar de ziekenhuispoli te rijden zodat ik het werk kon doen.
Ik had er zin in. De kuilversnijder zat gelukkig al achter de grote trekken dus ik klim vol goede moed achter het stuur…..o ja, die handels, welke ook al weer? De ene is heffen , de ander snijden, moet je wel ff goed doen. Toch maar even vragen. Ik stuur een appje naar dochter die intussen met een zielige papa in de wachtkamer zat. Moest ik een foto sturen zou zij wel een cirkeltje zetten om de juist handel … de jeugd weet raad… nou inderdaad, zij samen wezen de juist handel aan en ik kon aan de slag.

Alle pakken kreeg ik keurig voor het voerhek, dat kunstje kende ik nog.
Ik stapte over op de ander kleinere trekker om met het bakje de mais uit te halen, daar wist ik de bediening van. Koeien opgehaald, broodje tussendoor en lekker melken. Had ik best leuk gedaan allemaal vond ik. Dochter en man kwamen na een poos weer thuis, nierstenen inderdaad. Spierontspanner, pijnstiller en de volgende dag was het leed weer geleden.
Vaak kun je meer dan je denkt toch!
Lyke Tjoonk


